.
.
.
.
.
.
.
.
Reacties over de Kortrijkse politieke toestand.
Ruthie : “Axel Ronse wil per se een monstercoalitie, vier partijen met name de liberalen van Team Burgemeester 10 zeteltjes, de Tsjeven 8 zeteltjes, de Vlaamsche Nazionalisten 8 zeteltjes en de Sossen 7 zeteltjes. Dat zie ik totaal niet zitten. Ik blijf bij mijn gedacht : Team Burgemeester-Stadslijst Kortrijk plus de Vlaamsche Nazionalisten van Axel Ronse. De Sossen moeten naar de oppositie. Ik ben helemaal uit mijzelf tot het inzicht gekomen dat een monstercoalitie tot verwatering van het programma leidt en Vlaamsch Belang tot quasi enige oppositiepartij. Zeer gevaarlijk. Uit welingelicht bron heb ik vernomen dat er van hogerhand druk wordt uitgeoefend op Ronse, hetgeen zijn standpunt verklaart. De absolute macht van één man, Bart De Wever, is nefast voor de goede democratische gang van zaken in het stadsbestuur van Kortrijk. Ik verlaat nog liever definitief de politiek dan toe te geven aan de oekazen van De Wever. Ronse moet tonen een man met ballen te zijn en niet te zwichten voor de bevelen van hogerhand. Of speelt Ronse voor dweil ?”
Axel Ronse : “Ik wil het niet langer verduiken dat ik op bevel van mijn nationale voorzitter in Kortrijk het spel speel zoals ik het speel. De eerlijkheid gebiedt mij te bekennen dat mijn politieke carrière afhangt van mijn volgzaamheid om de bevelen van Bart stipt op te volgen. Ik hoef zelfs helemaal geen schepentje te worden, mijn politieke toekomst ligt op een veel hoger vlak, het nationale waar ik een belangrijke rol zou toebedeeld krijgen, dat ik nu of na de volgende verkiezingen tot het ministerambt zou worden geroepen of dat ik een andere lucratieve job met hoog aanzien mag verwachten. Wat daar op hoger vlak achter steekt weet ik niet, behalve dat Bart en Connor twee handen op één buik zijn. Ik ga voor het allerhoogste. En dus moet Ruthie plooien.”
Maxim Veys : “Kijk, voor mij is het simpel. Ik plooi mij volledig naar de wensen van Ruthie en Axel en slik mijn programma volledig in. Voor een Sos telt maar één ding : er bij zijn, koste wat het kost. De macht en niets dan de macht. Veel discussie en overleg komt daar niet aan te pas. Ik kan en wil Ruthie programmatorisch niet afvallen. Haar vakmanschap en daden zijn niet zo groot, maar ze is wel een vrouw met ballen die vlug ziet waar de klepel hangt. Ik vertrouw op haar gezond verstand om tot inzicht te komen dat wij van de Sossen geen eisen stellen en de coalitie alleen maar kunnen versterken. Wij zijn content met twee schepenzeteltjes, desnoods maar één als het erom spant.”
Quickie : “Sinds die luchtgitaar en pipi affaire zit ik op een dood spoor. Mijn voorkeurstemmen zijn compleet ingestort en ik haal nu zelfs minder dan een lichtgewicht als Stephanie Demeyer. De bazige Ruthie gunt mij zelfs niet het kleinste schepenzeteltje. Ook mijn vriend Wouter Allijns valt uit de boot. De jongen mikte opnieuw op een schepenzeteltje, maar het mag niet zijn. Te weinig stemmen. Kwatongen beweren dat Wouter te weinig geconcentreerd is op zijn job en te veel achter de meiskes aanzit. De willige meiskes zijn gek van Wouter, de blonde God. Daardoor zou hij bij de Kortrijkse middenstanders veel aan populariteit ingeboet hebben. Maar is dat wel waar ? Is het tegenslag ?”
Piet Lombaerts : “Ik werd plots gebombardeerd tot woordvoerder van het onderhandelingsteam van politiek roofdier Axel Ronse. Geen vriend. Ik moet die afgelikte vent niet en ik twijfel eraan of ik die taak zal opnemen. Veel liever zou ik uit de partij en de politiek stappen. Ik ben het beu en heb werk genoeg in mijn advocatenjob. Een stemmenkanon ben ik niet en ik moet mij tevreden stellen met de kruimels die van de tafel vallen. Geen dankbaar postje, veel eer valt er niet te rapen. Ik heb het niet ver geschopt in de politiek, hoogstens raadsvoorzitter, een zeer oneervolle job waarbij men zich maandelijks door de oppositie moet laten uitkafferen.”
Kelly Detavernier : “Bij tegenslag in het stadsbestuur zou ik gedeputeerde worden, maar nu een schepenpostje mij niet meer kan ontglippen weet ik wat te kiezen. Het best betaalde. In het Kortrijks roddelcircuit gaan geruchten over mijn relatie met schepentje Axel Ronse. Het is niet omdat we maandelijks na de gemeenteraad goedgemutst samen arm in arm het Kortrijkse nachtleven intrekken dat er iets onbehoorlijks aan de hand zou zijn. Ik ben gelukkig getrouwd nietwaar, we zijn gewoon heel dikke kameraden, verre van geliefden, al kan ik aannemen dat sommige vrouwen vallen voor de charmes en avances van de heteroseksuele Axel met het naïef gezicht en de verraderlijke glimlach, van wie wordt geroddeld dat hij het bijzonder moeilijk heeft om aan een vaste relatie te geraken. Meer durf ik daar niet over vertellen. Ik ga natuurlijk niet gek doen en in de Kortrijkse kroegen rondjes geven aan Jan en alleman. Of veel te dure kleren kopen, om roddels te vermijden ‘waar haalt zij al die euroots?’. Nee, zo stom ben ik niet. Ik ga mij bescheiden gedragen en met veel goesting aan mijn nieuw schepenpostje beginnen.”